Gedurende mijn eerste trainingsjaren kwam ik iedere training te laat. Letterlijk, iedere training. Het te laat komen begon tijdens mijn studie op het HBO. Op het HBO was te laat komen sowieso al de normaalste zaak van de wereld. Sterker nog, meestal stond je tien minuten te wachten als je voor het lokaal stond op de tijd die op het rooster stond aangegeven. In die tijd vond ik het heerlijk, lekker alles op het gemak. Maak je niet zo druk. De meeste Braziliaans Jiu Jitsu scholen waar ik ben geweest zijn ook lekker ‘laid back’. Te laat komen is de normaalste zaak van de wereld. Het is de ‘Braziliaanse mentaliteit’. Doe effe rustig.
Ook na mijn studie bleef ik vasthouden aan mijn gewoonte om altijd maar te laat te komen. Ik gaf in die tijd training in Rotterdam en liet mijn leerlingen gerust een kwartiertje voor een dichte deur wachten. Het is dan ook niet gek dat leerlingen steeds later op mijn trainingen verschenen. Het eerste half uur van de training was een soort zoete inloop van mensen die nog even aankwamen kakken. ‘Prima joh, ik snap dat je het druk hebt’.
Toen kwam het moment dat er een ploegje amateurvechters aangaven profvechter te willen worden. Deze jongens kwamen iedere ochtend en avond trainen. Soms zelfs drie keer per dag. We deden er alles aan om zo goed mogelijk te worden. We bestudeerden technieken, aten gezond en deden extra kracht- en conditietraingen. Goed, we kwamen bijna altijd te laat voor de trainingen. Maar hé, we waren er tenminste.
De eerste wedstrijden wonnen we bijna alles. Soms gingen de wedstrijden zelfs makkelijk. We hadden een gouden toekomst, tenminste, dat dachten we.
Naarmate we meer wedstrijden wonnen en een aantal jongens de overstap naar het prof circuit hadden gemaakt werd het niveau van onze tegenstanders steeds hoger. Als je je meet met tegenstanders die niet dezelfde ambities hebben als jij, is het makkelijk om te winnen. Maar tegen échte ‘high performers’ kwamen we vaak tekort.
De verliespartijen zetten me aan het denken. We trainen zo vaak en zo hard. Waar gaat het mis?
Het antwoord werd in de daaropvolgende jaren steeds duidelijker. Als je je meet met tegenstanders die niet dezelfde ambities hebben als jij is het makkelijk om te winnen. Maar als je wilt winnen op het hoogste niveau moet ieder detail kloppen en daar ging het helemaal mis.
Ik had mijn slechte gewoonte om altijd te laat te komen overgebracht op mijn wedstrijdjongens. We misten structureel de eerste tien tot twintig minuten van een training. Dit lijkt misschien niet zoveel. Maar als je tien trainingen per week doet train je honderd tot tweehonderd minuten minder per week(!). Als je vijfenveertig weken per jaar traint kost dit je vijfenveertighonderd tot negenduizend minuten per jaar. Holy shit. Zoveel extra trainingsuren kunnen zomaar het verschil betekenen tussen een winstgevend contract bij een grote organisatie of het moeten zoeken van een baan en gedwongen moeten opgeven van je MMA-carrière.Als je wilt winnen op het hoogste niveau moet ieder detail kloppen
Ik hoop dat je begrijpt waarom ik er nu (zo’n acht jaar later) zo op hamer dat mijn leerlingen op tijd komen. Want ik ben niet van plan diezelfde fout nog eens te maken.
Als je ergens goed in wilt worden, begin dan met op tijd komen. Het laat zien dat je verantwoordelijkheid neemt, betrouwbaar bent en dat je de discipline hebt om jezelf te organiseren. Dit zijn eigenschappen die in alle aspecten van het leven van pas kunnen komen, zowel persoonlijk als professioneel.